top of page

Pepijn Schoneveld
'Iedereen is bang om te mislukken'

22 december 2016 - cjp.nl

Tekst: Tommie Luyben

Cabaretier Pepijn Schoneveld acteert, zingt én grapt over HEMA-problematiek, stompzinnige T-shirts en testosterongel. Wij spraken deze alleskunner.

Je kent Pepijn misschien van series als SpangaS en Feuten. Of je krijgt iedere maand culturele tips in je mailbox van deze CJP Inspirator. Zijn nieuwste solovoorstelling Morgen klaart het op is nét in première gegaan in Amsterdam. Nu is Pepijn Schoneveld klaar om de rest van het land te bestormen.

Morgen klaart het op is je tweede programma. Een groot verschil met het vorige?

'In mijn eerste voorstelling, Meneer Jongetje, zaten veel fantasieverhalen. In Morgen klaart het op is alles echt gebeurd. Weliswaar heb ik het een en ander overdreven, maar alles wat ik vertel is me echt overkomen.'

Als je een nieuwe voorstelling maakt, hoe begin je dan?

'Ik kijk goed om me heen. De shows die ik maak zijn niet politiek geëngageerd; ik put uit mijn persoonlijke ervaringen. Om een voorbeeld te geven: een tijd geleden was ik in de HEMA. Eerder die dag had ik daar al een tube gekocht, maar geen bonnetje meer. Ik draaide bijna door, want kon alleen maar denken: wat als de bewaker die tube in mijn jaszak ziet en denkt dat ik 'm gejat heb? Voor mijn ogen draaiden zich allerlei rampscenario's af. Toen ik later de winkel uitstapte, dacht ik: oh, wat ben ik een slappe lul. Maar ik wist wel gelijk dat dit mooi materiaal voor de voorstelling was.'

En dan?

'Veel sketches heb ik eerst los uitgeprobeerd, bijvoorbeeld tijdens stand-up, wat ik regelmatig doe. Daar kon ik snel dingen uitproberen: belevenissen van overdag vertelde ik diezelfde avond nog. Al die anekdotes heb ik uitgewerkt en daarna keek ik: wat verbindt de stukjes? Wat is precies de rode draad?'

Wat is dan de rode draad in je voorstelling?

'Angst. Ik heb veel last van angsten gehad, inmiddels heb ik dat goed onder controle. Nu weet ik hoe het mechanisme 'angst' werkt. Je hoofd neemt een loopje met je. Het begint met het zaadje 'wat nou als?' Zo’n lullig klein ding als het incident met de tube bijvoorbeeld. In mijn hoofd wordt het steeds groter en groter totdat ik uiteindelijk irrationele beslissingen maak. Zoals die gekochte tube nóg een keer afrekenen.'

Is angst iets universeels?

'Iedereen is ontzettend bang om te mislukken. Ik zie het bij mezelf en bij leeftijdgenoten. Vanwege de angst dat iets mislukt, durven mensen niks meer en mislukken juist daarom. Laatst las ik dat er meer mensen thuis zitten met psychische dan fysieke klachten, allemaal vanwege die faalangst. En van de lat te hoog leggen. Een vriendin van mij bijvoorbeeld. Zij had laatst gesolliciteerd voor een baan en was het niet geworden. Toen zei ze: 'Nou, dan word ik dus nooit manager. Ik ben mislukt.' Dat ze voor die baan is afgewezen, betekent niet dat ze mislukt is. Het is gewoon deze keer niet gelukt. Da's iets heel anders. Iedereen stelt een doel voor zichzelf, wat op zich goed is. Maar als je dat doel niet haalt, betekent het niet dat je als mens mislukt bent. Er is geen goed of fout. Mijn vader is overleden aan kanker. Toen hij ziek was, droeg hij een T-shirt met 'You only live once. But if you do it right, once is enough'. Iedereen vond die tekst prachtig, ik vond 't pure bullshit.'

 

Waarom?

'Je kan niet aan het einde van je leven zeggen: 'Jemig, wat heb ik mijn leven goed geleefd' of 'Verdikkie, vanaf mijn geboorte ben ik alleen maar fouten begaan'. We leven ons leven, daarin gebeuren allerlei dingen. Die kunnen fijn zijn of niet, maar je kan niet mislukken. Dat is onzin.'

Dat stuk over het T-shirt zit ook in je voorstelling. Vind je het heftig om het over je vader te hebben op het toneel?

'Hij is vier jaar geleden overleden en ik heb dat inmiddels verwerkt. Zelf heb ik geen moeite om daarover te praten. Het grappige is dat ik het publiek vaak voel denken: oeh, dit is spannend, Pepijn heeft het over zijn overleden vader. Als dat T-shirt door een toerist gedragen was, had ik nog steeds dat verhaal verteld en zat mijn vader niet in de voorstelling. Het shirt was dus de aanleiding om over mijn vader te vertellen.'

Het publiek komt veel over je te weten.

'Ik maak dan ook best merkwaardige dingen mee. Toen ik zestien was, kregen al mijn vrienden vriendinnetjes. Daar had ik totaal geen interesse in en dacht dat ik misschien wel homo was. Ik kwam ook maar niet in de groei en had nog steeds een hoog piepstemmetje. Toen vroeg de dokter: 'Kun je ook niet ruiken? Nee? Oh, dan weet ik wel wat je hebt!' Ik bleek geen testosteron aan te maken.'

Schrok je daarvan?

'Nee, want nu wist ik eindelijk waarom ik zo'n guppie bleef. En niet kon ruiken. Nu moet ik elke dag Androgel opsmeren. Da's een gel waardoor mijn testosteron-level dezelfde waarden behoudt. In het begin moest ik eens in de drie weken een injectie. Dan zorgde ik ervoor dat ik die op vrijdagavond nam, want ik moest namelijk op zaterdag voetballen. Door die enorme stoot testosteron werd ik onwijs agressief, sterk en kon ik superhard rennen. Waargebeurd en ook best een beetje grappig.'

Jij bent zelf CJP Inspirator. Wie is jouw grote inspiratie?

'Toen ik een jaar of twaalf was, luisterde ik veel naar Hans Teeuwen. Hij vertelde fantasierijke verhalen, een soort sprookjes. Mijn vriendin Merel was helemaal niet bekend met zijn werk. Daarom hebben we vorig jaar in de auto al zijn shows geluisterd. Toen dacht ik af en toe: hee, dat heb ik onbewust van hem gejat, die bepaalde toon. Ongetwijfeld heeft dat vele luisteren in mijn jeugd mijn werk beïnvloed.'

Welke mede-CJP Inspirators volg jij zelf?

'Henk van Straten en Hanna Bervoets. Zij schrijven allebei fantastisch. Ook Paul de Leeuw volg ik, omdat het echt een allrounder is. Zelf vind ik ook die afwisseling tussen acteren, zingen en cabaret het allerleukst.'

bottom of page