top of page

Waarom musical meer is dan het GTST van de podiumkunsten
C. Magazine editie 5 (2016)
Tekst: Tommie Luyben

Musicals worden vaak in het verdomhoekje van de cultuur geduwd; men danst er niet goed genoeg, het acteerwerk is ongeloofwaardig en de zang te gelikt, beweren critici. Maar de kracht van musical is júíst de balans tussen die factoren.

Als kind waren oude Hollywood-musicals mijn favoriet. Ik wilde de Gene Kelly van onze generatie worden, en zingend aan lantaarnpalen hangen in de stromende regen. Of op robijnrode muiltjes over een eindeloze gele weg naar de Smaragdstad huppelen. Mijn pa en ma hadden de hoop op een stoere, voetballende zoon toen allang opgegeven.

Pure liefde

De meningen over musicals als cultureel genre zijn duidelijk verdeeld. Mijn baas háát zingende kinderen en trekt liever haar nagels eruit dan dat ze een voorstelling van The Sound of Music bijwoont. Een andere collega daarentegen photoshopte zichzelf recent nog als Maria von Trapp in een fotocollage. Ieder z'n ding. 'Hoe kun je musical nou haten?' vroeg ik mijn baas. 'Wat is er nou mooier dan zingend en dansend door het leven gaan?' Ik kon haar niet overtuigen. 'Het overmatig gebruik van de kopstem werkt me op de zenuwen. Dat hoge, schelle geblèr trouwens ook', legde ze uit. 'Emoties worden zo versimpeld: iedereen is óf droevig, óf blij.' Ik gaf het liever niet toe, maar ergens had ze wel een beetje gelijk.

Sinds mijn beweeglijke jeugd heb ik menig musical gezien en mijn studietijd bracht ik door aan dansopleidingen in Amsterdam, New York en Londen. Uiteindelijk belandde ik op de planken in musicals als Cats en Wicked; een droom die uitkwam. Hoe geweldig dat ook was: tegelijkertijd bedierf mijn liefde voor musicals daardoor een beetje. Hoe meer ik er verstand van kreeg, hoe kritischer ik er tegenover begon te staan. Ik doorzag de soms rammelende verhaallijnen en tenenkrommende teksten, terwijl banale grappen het gemis aan diepgang probeerden te maskeren.

Karakters van vlees en bloed

Toch ben en blijf ik een enorme musicalliefhebber. En nee, dat is niet zo tegenstrijdig als het nu misschien klinkt. Neem West Side Story. Op toneel of de filmversie; als ik hem zie, zorgt hij altijd voor kippenvel. Het enige wat ik dan nog wil is als één van de Jets op Converse All Stars door de straten van New York dansen. Wanneer ik de vinyl-versie draai (nostalgisch als ik ben) word ik altijd weer overrompeld door het orkest dat mijn huiskamer in schalt. In de muziek van Leonard Bernstein wisselen complexe ritmes af met prachtige melodieën, die verbonden zijn met de karakters en het verhaal. Wat je op de vinyl-versie dan weer niet ziet, is hoe choreograaf Jerome Robbins zijn dansers als acteurs benaderde. Zonder acteerskills kun je nog zo ontiegelijk goed dansen als je wilt, maar ben je niét geschikt voor musicals. Een goed verhaal vertellen moet het uitgangspunt zijn. Wat deze moderne hertelling van Shakespeares Romeo en Julia bovendien sterk maakt, is dat de personages niet alleen maar goed of slecht zijn. Geen kwestie van 'de goeden' en 'de slechteriken', plus side-kicks die voor de komische noot moeten zorgen. Karakters van vlees en bloed, met wie je als kijker kan meeleven, en geen typetje van kartonbord dat je bij de borrel alweer vergeten bent.

Die nuance is juist zo’n belangrijk onderdeel van wat een musical goed maakt. Het publiek is slimmer dan sommige producenten denken. We hebben geen grote LED-schermen nodig met fotoprojecties. Als een scène zich afspeelt in een boerenstal, hoeft die overduidelijk van Google afgeplukte afbeelding in de achtergrond echt niet. Natuurlijk: tante Tiny uit Heerlen moet er ook van kunnen genieten met haar haakwerkvriendinnen. Maar die zijn echt niet zó achterlijk.

 

Magie

Dus, lieve producenten: versimpel niet teveel en laat flauwe Frans Bauer-grappen achterwege, want de magie bladdert zo beetje bij beetje weg.

Gelukkig kom ik het nog regelmatig tegen, die magie zit er écht nog wel in bij hedendaagse musicals. Een boeiend verhaal met goed uitgewerkte karakters, muziek die je raakt en danspassen die met volle overtuiging worden uitgevoerd: ik wil er méér van, vaker op het puntje van mijn stoel zitten om geen ogenblik te missen. Als er dan een bombastisch decor bij komt kijken, is het mooi meegenomen. Laat ons vaker zo’n weergaloze avond beleven, en des te meer dromende jongetjes komen –net als ik vroeger- huppelend het theater uit.

bottom of page